zaterdag 5 april 2014

curriculumanalyse B

Curriculumanalyse deel B.
Intended.
Ideal:
In de Missie en Visie van het Summa College staat de student centraal. In de missie staat dat het Summa College een uitdagende leeromgeving wil bieden en een goede persoonlijke begeleiding, zodat iedereen succes kan boeken in zijn of haar eigen (leer)loopbaan.
Formal: Het Summa College wil meer studenten bereiken, meer succes voor studenten, een betere doorstroom van mbo naar hbo, groeiend vakmanschap in het onderwijs en een stevige verankering in de regio. Daarbij gaan zij uit van vijf pijlers:
1. Elke student heeft talent.
2. Docenten maken het verschil.
3. Klein binnen groot (groeperingsvormen).
4. Regio met grote ambities.
5. Uitdagende leersituaties.
De algemene kernwaarden zijn: professionaliteit, toewijding en verantwoordelijkheid. De visie en missie zijn erg algemeen en niet vertaald naar wat dat concreet betekent voor de praktijk.
Implemented.
Percieved: Binnen de opleiding Pedagogisch Werk niveau 3 (PW3) hanteren we bij het ontwikkelen van het onderwijs, de leerlijnen van ’de Bie’ . Vanuit deze leerlijnen is de leerinhoud ontwikkeld en worden studenten begeleid. Daarbij wordt uitgegaan van de leerdoelen uit het kwalificatie dossier met hierin kerntaken, waaronder de werkprocessen en bijbehorende competenties vallen (KD).
De algemene eisen van het ministerie van Onderwijs voor de vakken Nederlands en rekenen gelden nog niet voor alle leerjaren. Er wordt met landelijke methoden (COE, Tio) gewerkt en alle cohorten moeten de examens minimaal eenmaal gemaakt hebben. Engels wordt niet gegeven binnen de opleiding PW3, maar is wel gewenst door studenten en het werkveld.
Operational: De ontwikkelgroep van de opleiding PW3, ontwikkeld de gehele leerlijn van leerjaar 1 t/m leerjaar 3 n.a.v. het kwalificatiedossier. Hieronder vallen de leeractiviteiten, in de vorm van integrale opdrachten, de basisleerlijn, de beroepspraktijkvorming, taal, rekenen en burgerschap, de keuzeruimte, loopbaanbegeleiding en  ondersteunende activiteiten. De verschillende werkvormen die worden gebruikt zijn afwisselend en hebben als doel, zo veel mogelijk studentactiviteit te bewerkstelligen. Voor Nederlands en rekenen wordt de advieslijst didactische instrumenten gebruikt.
Leeractiviteiten worden door de ontwikkelgroep geëvalueerd samen met de betrokken docenten, waarna deze door vakgroepen worden bijgesteld of ontwikkeld. Toetsen m.b.t. de voortgang en examens worden door inhoudsdeskundige docenten ontwikkeld. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het format ontwikkeling van examenbeleid op de school  en het vastgesteld beleid competentiegericht examineren  binnen ROC Eindhoven. Examinering dient een coherent en consistent geheel te vormen en te passen bij de onderwijsvisie en het curriculum, waarbij de student centraal staat. ‘Kwalificerend competentiegericht examineren (voorheen summatieve toetsing) is gericht op het in beroepssituaties beoordelen of een kandidaat beschikt over de vereiste competenties en deze op de juiste manier kan aanwenden bij het uitvoeren van één of meer kerntaken en werkprocessen.’
‘Ontwikkelingsgericht beoordelen (voorheen formatieve toetsing) is gericht op het opsporen van
sterke en zwakke punten in de competenties van de student en die vastgelegd worden in
het POP van de student.’
De leeromgeving speelt zich voor studenten voornamelijk af in klassen en het open leercentrum. De digitale leeromgeving waarvan gebruik gemaakt wordt mag uitgebreid worden, aangezien de lesmaterialen grotendeels niet digitaal zijn. Digiborden worden voornamelijk gebruikt voor de projectie van power-points. Voor meer interactief gebruik heeft bijscholing van docenten onlangs plaatsgevnden.
Vanaf schooljaar 2014/2015 gelden er voor het mbo nieuwe eisen rond onderwijsuren, waarmee de wetgever de kwaliteit van het mbo-onderwijs beoogt te verhogen. Op dit moment gaat de aandacht uit naar de tijd waaraan het onderwijs is gerelateerd en gaat het onderwijs hierop aangepast worden.  De onderwijstijd wordt vastgelegd in het rooster voor studenten en docenten alsook in de jaar-taak voor docenten.
De competenties behorende bij de rol van de docent bestaan algemeen uit de zorg voor het onderwijs (zie prezi). Hiermee kan aan de eisen die studenten en de overheid stellen aan het onderwijs worden voldaan. Onderwijsteams zijn zelfsturend met teamdoelen die met de directie worden geëvalueerd. Studiedagen m.b.t. enkele doelen zijn georganiseerd en worden als nuttig en interessant ervaren, maar doordat de onderwerpen divers zijn, prioriteiten niet altijd bekend en de tijd niet voldoende om ze te implementeren, wordt er onvoldoende mee gedaan. Onbekend is of andere teams aan dezelfde doelen werken, waardoor samenwerking kan ontstaan en doelen beperkter zijn.
Docenten hebben de mogelijkheid tot scholing, waarbij zij samen met teamleider kijken naar behoeften in ontwikkeling.
Attained.
Experiential and Learned:
Vanuit de tevredenheids-enquête afgenomen onder studenten blijkt dat boeken niet voldoende gebruikt worden, dat docenten niet op één lijn zitten en niet voldoende weten te motiveren. De organisatie van lesrooster, roosterwijzigingen en de organisatie van schoolzaken worden ook onvoldoende ervaren, evenals de informatievoorziening vanuit school. Theorielessen vinden ze interessant, maar toetsen en examens worden regelmatig onvoldoende gemaakt. Er is vanuit studenten behoefte aan herhaling van de theorie tijdens de drie jarige opleiding. De koppeling van theorie, integrale opdrachten en werkprocessen naar praktijk is door studenten zelf moeilijk te maken, zoals blijkt uit opmerkingen vanuit de praktijk en van studenten zelf. Daarnaast is voor studenten het gebruik van boeken en bronnen, niet vanzelfsprekend. Tijdens het werken aan opdrachten binnen de lessen en bij huiswerk, worden deze gebuikt i.o.v. de docent.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten